“Nieuw leiderschap gaat om buiten de lijntjes kleuren en generaties vooruit kijken”​ (LinkedIn Nieuws)

Liza Jansen – Redacteur bij LinkedIn Nieuws

Als er iets is dat de coronacrisis heeft blootgelegd, dan is het dat het leven, en de wereld waarin we leven, boven alles onzeker is. Beter kunnen omgaan met de onzekerheden van de moderne samenleving is niet alleen een eigenschap die steeds belangrijk wordt om te beheersen als mens, maar ook als leider. Er klinkt dan ook uit steeds meer hoeken de roep om een ander soort leiderschap, om de gigantische uitdagingen die deze tijd met zich meebrengt het hoofd te bieden.

Hoe moet dat leiderschap eruit zien? Roek Lips is oprichter van Nieuwe Leiders. Voor dat project heeft hij inmiddels meer dan honderd mensen uit alle hoeken van de samenleving heeft geïnterviewd over ‘nieuw leiderschap’​ – leiderschap dat past bij deze tijd. Lips startte zijn zoektocht naar zinvol leven en zinvol leiderschap toen zijn wereld een paar jaar geleden op zijn kop werd gezet door een aantal intensieve levensgebeurtenissen.

Ik sprak met hem over leiderschap in tijden van transitie, waarom verandering niet van bovenaf komt en het verschil tussen management en leiderschap.

Wat versta je onder nieuw leiderschap, en hoe verschilt dat van oud leiderschap?

“De oude leider, als ik die zou moeten typeren, is eigenlijk iemand die zich een beetje heeft vastgezet op basis van de oude kennis die we hebben en het liefst dat ook in stand houdt. De nieuwe leider kan iedereen zijn en kenmerkt zich door zijn open geest. Het is iemand die in staat is om echt objectief te observeren en te analyseren wat er nu nodig is. Maar het is ook iemand die niet een te grote broek aantrekt.

Nieuwe leiders willen dingen niet meteen redden, fixen of plannen als iets vastloopt. In plaats daarvan durven ze een tijdje niets te doen, toe te kijken en reflecteren ze op wat ze aan het doen zijn. Ik noem dat het verschil tussen reactie en respons. Dingen mogen vastlopen, in de wetenschap dat dat soms nodig is om nieuwe ontwikkelingen in gang te zetten. Vaak creëert snel handelen minstens net zoveel nieuwe problemen en wordt er in feite niets opgelost, maar een systeem in stand gehouden. De brandweer laat iets soms ook uitbranden omdat hij weet dat het uiteindelijk vanzelf dooft.

Kijk naar de coronacrisis: corona is vooral een symptoom van een crisis waar we al inzaten. Mensen denken dat met een vaccinatie de crisis en het probleem is opgelost, maar dat is niet zo. Corona staat niet op zichzelf, maar is een onderdeel van een hele grote dynamiek in de wereld die te maken heeft met globalisering, hoe we met elkaar en de natuur omgaan, onze weerbaarheid en weerstand. Dan is een vaccin daarvoor wel een klein beetje een oplossing vanuit een bepaald perspectief maar daarmee hebben we heel vele andere dingen nog niet opgelost.”

Wie vind jij nieuwe leiders?

“Er zijn heel veel minder bekende nieuwe leiders. Bekendere nieuwe leiders vind ik de Nieuw-Zeelandse premier Jacinda Ardern en de Duitse bondskanselier Angela Merkel. In de Nederlandse politiek zie ik weinig nieuw leiderschap. Wel heb ik veel vertrouwen in De Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb.”

Hoe herken je nieuwe leiders?

“De grootste nieuwe leiders zijn de mensen die niet perse opvallen of voorop lopen. Ze tonen leiderschap omdat ze anders durven te denken en breken met vanzelfsprekendheden. Ze denken niet alleen, het moet anders, maar doen het ook daadwerkelijk anders. Maar het zijn ook mensen die de complexiteit van de problemen van deze tijd niet (proberen te) simplificeren.

Ik zie veel nieuw leiderschap bij jongeren. Ze staan enorm open voor echte samenwerkingen, zien dit als noodzaak. Ook hebben ze een andere relatie met spullen en zijn niet zo materialistisch ingesteld.”

Wat is volgens jou het verschil tussen leiders en managers?

“We worden opgeleid binnen een systeem en leren om te functioneren binnen dat systeem. Zoals ik het zie zijn managers mensen die dit systeem in stand houden en zich aan de regels houden. Leiders daarentegen zijn mensen die buiten de lijntjes durven te kleuren. Ze durven door de patronen van het systeem heen te breken. Maar ze kijken ook generaties vooruit.

In de Nederlandse politiek zie je jammergenoeg veelal politici die de boel vooral aan het managen zijn. Ze weten goed om te gaan met de waan van de dag. Ze kijken een termijn vooruit, maar niet termijnen.”

Hoe komen volgens jou (systeem)veranderingen tot stand?

“De meeste veranderingen gaan niet snel. Ze zijn evolutionair, niet revolutionair. Als je kijkt hoe verandering ontstaat, zie je dat dat nooit komt omdat leiders aan de top die verandering doorvoeren. De verandering komt tot stand omdat mensen weerstand voelen en daarom dingen gaan uitproberen. In dit proces vinden ze gelijkgestemden. De manier waarop Black Lives Matter zich ontwikkelde is hiervan een mooi voorbeeld.

Mensen die aan de basis van organisaties staan en nog niet (te) lang in dienst zijn, zijn veelal de mensen die nieuwe dingen proberen. Als ze merken dat die dingen werken, worden ze overgenomen door andere mensen op andere plekken. Zo worden veranderingen in gang gezet.

De kunst van goed leiderschap is niet denken dat je zelf de verandering door kunt voeren, maar mensen herkent die die verandering in gang zetten en ze de ruimte geeft om het te gaan doen, in plaats van ze uit een organisatie te duwen. Wist je dat de gemiddelde vernieuwer zo’n dertien maanden bij een organisatie werkt?”

Iets anders: je zei eerder dat je gelooft in de kracht van ongemak. Waarom?

“In ongemak ervaren zit enorm veel groei. In de moeilijke momenten van het leven leren en groeien we relatief gezien het meest. Volgens mij gaat het leven heel erg over groei en ontwikkeling. Het is een basisbehoefte die in de mens zit. Moeten we daarvoor bewust ongemak opzoeken? Ja, soms wel. Vandaag de dag is dat niet meer zo makkelijk, omdat we heel comfortabel leven.

Volgens mij heeft vrijheid twee kanten: er is de vrijheid ván, en de vrijheid óm. Hiermee bedoel ik: de vrijheid van dingen, bijvoorbeeld (het nemen van) verantwoordelijkheden of kaders. Of de vrijheid óm dingen te doen die in jouw vermogen liggen, en daar dus verantwoordelijkheid voor te nemen. Veel mensen willen wel het stuk van vrijheid zonder verantwoordelijkheid, maar niet het stuk van vrijheid met verantwoordelijkheid.